beugelbekkie
Ik heb een beugelbekkie voor m’n eigen bestwil
Da’s goed voor later, oh, daar twijfel ik niet aan
En op m’n neus – die ook niet mooi is – staat die pestbril
Dus ga ik steeds opnieuw weer voor de spiegel staan
Dan denk ik: Maakt het nou wat uit hoe ik eruit zie
Dan denk ik: Ja natuurlijk en dan denk ik: Nee
Want zonder bril weet ik heel goed, dat ik geen fluit zie
En rare tanden krijgen, da’s geen goed idee.
Oh nee…
Nou, probeer dat zoon maar ‘ns in te peperen. Het is voor je eigen bestwil, lieverd. (“Mijn bestwil wil dit niet!”). Je krijgt straks véél mooiere tanden. “Ik héb mooie tanden. Ze staan alleen een beetje scheef”). En het maakt toch niet uit hoe je eruit ziet? (“Ja wat nou, ik moet mooiere tanden maar eigenlijk maakt ’t geen bal uit??”).
Ik heb zelf bijna tien jaar lang een beugel gehad. Op mijn achtste was al duidelijk dat mijn gebit een plaatselijke ramp was. Letterlijk. Te weinig plek, dubbele tandenrijen, een overbeet waar je onder kon schuilen, enorme hazetanden en alles maar dan ook alles schots en scheef. Als ik in een appel beet, kon je de prachtige kartelrandjes bewonderen. Er werden vier melkkiezen getrokken. En gelijk daarna ook de daaropvolgende blijvende kiezen. Alles om maar meer plek te creëren. Ik had dubbele hoektanden, dus die melkhoektanden moesten er ook uit zodat de blijvende hoektanden naar beneden konden zakken (m.b.v. een beugel natuurlijk). Ik heb plaatjesbeugels, blogbeugels, beugels met hekjes (tegen ’t duimen :-S), plakkertjesbeugels (met ringetjes en elastiekjes), kapjesbeugels en weet ik veel wat voor beugels nog meer gehad. Toen ik 18 was, was de reconstructie wel ongeveer klaar. En daar zal ik m’n ouders altijd en eeuwig dankbaar voor zijn want ik weet niet hoe ik er anders had uitgezien vandaag de dag. Maar goed, zoon is er vooralsnog absoluut niet dankbaar voor.
‘Vroegah’ waren alle beugels roze. Nu niet meer. Hij mocht zelf kiezen in welke kleur hij zijn beugel wilde (blauw) en er werd zelfs een plaatje naar wens op gedrukt (in zijn geval een motor). Vroeger moesten we uuuuuuuuuuuuuuurenlang wachten op onze afspraak, hele namiddagen zaten we daar in die (enorme) wachtkamer. Nu niet meer: om half 3 stond de afspraak, om half 3 aan de beurt, om tien over half 3 stonden we weer buiten met beugel, beugelsleutel en beugelbakkie. Vroeger moesten we voor iedere aanpassing weer op komen draven. Nu niet meer: we mogen de beugels (hij heeft onder en boven zo’n plaatje met een stangetje) zelf om de vijf dagen met de beugelsleutel aandraaien dus de volgende afspraak is pas over goed 6 weken.
Het enig overgebleven probleem: Als ‘echte man’ is zoon nogal kleinzerig en overgevoelig (understatement of the year).
“Ik kan nief pfafen mef daf ding.”
“Hiebf doef ef feeerr” (‘Hier doet het zeer’ – een plekje boven zijn hoektand aanwijzend)
“Ik vind dif ech nie aangenaam, hoof…” (nooit gezegd dat ’t aangenaam zou zijn, lieffie…)
“Ik kan nief eenf ffflikken mef daf ding” (nee, maar met ’t eten mag-ie ook uit).
“wwwaaromm zif dif dingefje hier…” (een metalen uitstulpinkje met de tong aanwijzend)
“Mijn wehemelfe doef bijn” (“Mijn gehemelte doet pijn”. Oh. OK. En nu?? Platstampen ’t ding?)
“Hoe lang moef ik ‘m dan nog dragen?” (Nou, euh, nog een half jaar ofzo? En elke dag een uur of 14-16?)
Kreunsteunjammerklaag. En dat al na welgetelde twéé uur beugeldragen… Hij slurpt zich een ongeluk want “die beugel zit precíes op mijn speekselklieren en dan kan alle kwijl dus niet weg”. Uhuhh… OK, dit herken ik wel van mezelf van vroeger, maar elke 15-20 seconden heftig zuigend geslurp heeft toch best een behoorlijk negatieve uitwerking op je irritatietolerantie.
Yep. Dit wordt nog leuk, zeker weten.
Ik peper ‘m gewoon elke keer opnieuw in met de beugelverhalen en -ellende uit mijn jeugd.
TOEN was alles pas écht erg. Enzo.
En dan vooral die ene zin:
Later zul je me er dankbaar voor zijn…
0 gedachten over “beugelbekkie”
Já: die conclusie is briljant. Daarmee gaat ie wel om denk ik. Not. Haha!, wat erg. We veranderen in onze moeders :S
Hi Lou,
Die beugels zijn best behoorlijk belastend. Ik heb hier 3 klanten, waarvan er 2 klaar zijn. Af en toe kan ik de ortho wel een schop geven zo onvriendelijk als hij/zij is en zo weinig empathie als ze hebben met die kids. Ze vinden hier zelf hun gebit heel belangrijk (behalve poetsen dan 😉 ) dus ze staan er wel achter. Zelf heb ik een scheef gebit en het zou denk ik een luxe middenklasse auto kosten om het nu nog goed te krijgen, dus ik begin er niet aan. Mijn ouders vonden het destijds te duur en er was ook geen zicht op of het echt goed zou komen. Dat verhaal jaagt hun pas echt schrik aan.
groetjes,
Dorothé
Ojeee…. hier loopt Junior al met een pre-orthodontic bitje sinds afgelopen week … en ik heb toch maar een extra dekking genomen in de verzekering. Dat wordt ook zeker een beugelbekje!
Zelf geen ervaring ermee. Maar sneu wordt het zeker wel ;( En in de tienerjaren kun je het niet meer doen met ‘omdat ik het zeg, he!
Dat wordt nog wat …..