VVM – Weense Wijven (1)

VVM – Weense Wijven (1)

Picture this. Een romantisch hotelletje, net buiten Wenen. Zes dames van middelbare leeftijd die op een idyllische binnenplaats een royaal ontbijt naar binnen werken. Ze moeten de bodem leggen voor een nieuwe dag vol Weense indrukken, week wijvengewauwel, moeizame wandelwegen en vooral: vól Weense Witte Wijn. Hashtag WWW.
FotoApotheekWenen“Heeft één van jullie nog een tramadolletje voor me? Mijn artroseknieën zijn na gisteren niet te harden.” De vraag geeft een goed beeld de groepsleeftijd. Ik ben het overduidelijke kuiken van ons zessen. Met mijn drieënveertig lentes zo’n tien jaar jonger dan de rest. De oudste is maar liefst vijfenvijftig en de dames gedragen zich bij tijden dan ook alsof ze hoogbejaard zijn.
“Zeg, waarmee hars jij je nou bovenlip? Kijk, deze lange harde. Ja, kijk dan! Hier! Die wil dus maar niet weg, wat ik ook probeer…”
“Waar gaan we vanavond eten? Ik wil wel naar een vega-restaurant want ik kan écht niet tegen ei, granen, varkensvlees, vis, melk, spinazie en plastic tandenstokers. Dan ga ik acuut dood.”
“Oh, alsjeblieft zeg, geen vet eten hoor!  Dan speelt mijn gal zo op, ik ben nog niet half hersteld van mijn galblaasoperatie.”
“Heb jij al je kniebanden eigenlijk nog wel?”
“Als je zo snel praat, kan ik je écht niet meer volgen. En als jullie allemaal door elkaar praten al helemáál niet. M’n linkeroor is sinds de geboorte van mijn zoon doof, dusseh, één voor één graag, ja? JA??”
Ik aanhoor alles met liefde. Ik zou hier en daar best nog een schepje bovenop die Mount Everest aan ziekelijke aandoeningen kunnen doen, maar dat lijkt me zinloos: het kan bij de rest toch altijd weer een graadje erger. Bovendien voel ik me, naarmate de gesprekken vorderen, innerlijk in gestaag tempo jonger worden en ik moet toegeven: dat is best heul lekker! Het krakkemikkige-ikke-gevoel verdwijnt als sneeuw voor de zon, om van dikke ikke maar niet te spreken. Vooral niet beginnen over mijn eerste tekenen van de overgang. Dan gaan ze daar weer vol overgave op los en ik heb totaal geen zin in gruwelverhalen over klotsende oksels, emotionele instabiliteit, ziekelijke rimpelvorming en vaginale droogheid. Ik ben jong, ik ben fris, en vooral heel fruitig. Relatief gezien. En dat blijft mooi nog even zo.
hawelkaWe lopen gezusterlijk door de imposante binnenstad. De één trekt iets met haar rechterbeen, de ander loopt hijgend en zwetend een meter of veertig achter ons. Na een kwartiertje is het hoog tijd voor een kop koffie (“Eine Wiener Mélange, bitte?”) op het terras van het wereldberoemde Café Hawelka, dat al meer dan een halve eeuw niet gerenoveerd is. De koffie smaakt precies zo. Enthousiast krakeelt één van de dames: “Oh, echte Hawelka-koffie! Delen we samen een kannetje? Ik bedoel de koffie hoor: het kannetje moet heel blijven! Ha ha ha!” Het is als vloeken in de kerk, maar ik neem bij nader inzien toch maar een glas Prosecco.
Een groep Japanners schuifelt achter een parapluutje richting Hofburg. Wij hobbelen er gedwee achteraan. Bij de Spaanse rijschool staat waarachtig een kudde van die beroemde Fiaker-koetsen op ons te wachten. FiakerpaardenDe dames willen een ritje maken, maar ik pas: mij niet gezien in zo’n paardenmartelding. Selfies met een paardenkop in je nek blijken een absolute must, dus ik wacht geduldig in de schaduw. De paardenkeutelopvangzakken worden nog even nauwkeurig geïnspecteerd en van schijtende paarden komen we als vanzelf op sproeiende koeien, waarbij er droogjes opgemerkt wordt dat koeienschijt én -scheten veruit de grootste bijdrage aan het gat in de ozonlaag leveren. Zo leer je nog eens wat.
Ik wil naar het Zentralfriedhof. Daar ligt namelijk mijn jeugdliefde Falco begraven en als ware Falcofiel moet je toch één keer in je leven bij dat verhipte graf geweest zijn. Volgens de lady’s is dat een klere-eind met de S-Bahn en nog verder lopen, dus dat wordt ‘m niet. Dan liever naar de Naschmarkt, daar valt tenminste wat te kanen. We kwijlen elkaars besjaalde colbertjes vol bij de aanblik van op kleur gesorteerde jumbo-olijven, gloeiende oriëntaalse kruiden, Aziatische kaasspecialiteiten, Hindoestaanse regenboog-baklava en toonbanken vól met exotische noten, zaden, vruchten, vissen, varkenskoppen en andere etenswaardigheden.
“Ja ja, het ziet er allemaal práchtig uit, maar nee, niks voor mij, ik krijg er vreselijk smerige etterbulten van.”
Ik neem demonstratief een olijf met ansjovisvulling van de heftig flirtende marktkoopman aan. Lekker. De olijf ook.
Eigenlijk zouden we allemaal regelmatig op stap moeten met een clubje “ouderen”: je innerlijke jeugdigheid gaat er kilometers op vooruit. Ik huppel lustig verder, de meesmuilende meute achter mij latend. Jawohl, das Leben ist schön!
___________________________________________________
Ook gepubliceerd op VerbodenVoorMannen.net

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *