De dood relativeert, no matter what
God, wat relativeert dit. Ik wist pas meer dan een etmaal later dat ze overleden was. Waarom? Omdat ik met mijn eigen – nu tot futiele proporties geslonken – sores bezig was.
God, wat relativeert dit. Ik wist pas meer dan een etmaal later dat ze overleden was. Waarom? Omdat ik met mijn eigen – nu tot futiele proporties geslonken – sores bezig was.
Bij verjaardagen in het verleden betrapte ik mij erop dat ik wenste dat ze – mijn beide kinderen – nog even klein en knuffelig zouden blijven; ze worden zó snel groter en ouder…
Virtueel ramptoerisme: online laten zien dat je er extreem dichtbij staat. En vooral: heel hard meevoelen om er verder maar niet over na te hoeven denken.
Wie ben ik? Wát ben ik? Ben ik mijn levensinstrument? Moet het dan tevens mijn doel zijn om mijzelf zo goed mogelijk te bespelen? Uit de toon vallen is geen punt, maar ergens naar klinken is een mooi streven. Niet te zacht, maar zeker ook niet te hard. Niet te snerpend, niet te lieflijk. Maar vooral niet vals. Vertel eens, welke kleur krijgt een kameleon als je hem in een spiegelpaleis zet? Waaraan past zo’n dier zich aan als hij…
Het is raar om je kind daar zo in het gras te zien liggen. Als een kapotgescheurde vaatdoek. Haar been is bebloed. Haar achterhaar hoofd ook een beetje: daar waar de knop van de helm door de val in haar schedel gedrukt is.
Alles gaat automatisch, alles gaat elektronisch. En alles wordt geregistreerd. Elke fles wijn die je koopt, elk pakje sigaretten, elk blikje Red Bull. Elk boottochtje dat je maakt, elke citybike die je huurt, elke locatie waar je je bevindt. Tag-in-tag-out.
Ik draai het 4m brede slingerweggetje naar het dorp. Aan weerskanten van de berm hoog, niet te overzien gras. Ik rij goed aan mijn kant; ik ken deze bochten. Mijn nog onzichtbare tegenligger blijkbaar niet.
De eerste kleuter grijpt al snel een van zijn moddertaartjes en smijt het in de richting van het irritante zandkasteel. Kleuter 4 kijkt even geërgerd op en bromt: “Laat me met rust. Ik mag hier ook spelen. Deze zandbak is van iedereen.”
En tóch ben ik soms een beetje bang. Zo gaan mijn kinderen binnenkort een week naar Londen. Zonder mij. Ja, naar dat Londen, dat steeds weer in de media opduikt wegens allerhande terroristische incidenten. Ik betrap me er zelf op, dat ik het bij tijden tóch best ‘eng’ vind.
Ik was blij met het podcast-gesprek van Cleo. Het was ontzettend leuk om ‘gewoon jezelf’ te kunnen zijn in een interview, dat helemaal geen interview is maar een open en eerlijke conversatie.